In principe mag u dat helemaal zelf uitmaken, zolang al uw mandaatkenmerken maar uniek zijn, en uit cijfers en letters bestaan. Er zijn verscheidene schema’s mogelijk, bijvoorbeeld:
• Sommige incassanten beginnen gewoon met een hoog getal en nummeren dan op, maar dit kan op den duur onoverzichtelijk worden. Vroeger of later zal u zich afvragen wat ook al weer het laatst gebruikte nummer was, 1000000712 of 100000713.
• U laat alle mandaatkenmerken beginnen met een vast of variabel voorvoegsel, vervolgens de datum en tijd, en dan voor de zekerheid (en voor als u een serie mandaten achter elkaar wilt aanmaken) een volgnummer. U krijgt dan iets als OVAS20180204101524D0001, voor het eerste doorlopende mandaat gemaakt op 4 februari 2018, net na kwart over tien ’s ochtends, en OVAS20180204143400E0003 voor het derde eenmalige mandaat van een serie aangemaakt om vier over half drie op diezelfde dag. Omdat u voor elk tijdstip de volgnummers opnieuw bij 0001 begint, raakt u die nooit kwijt.
• Wij raden zelf het volgende schema aan: een voorvoegsel voor uw bedrijf, het relatienummer van de relatie die de machtiging afgeeft, en een volgnummer. Desgewenst zou u ook hier een codeletter of -getal voor het type machtiging kunnen toevoegen. U krijgt dan bijvoorbeeld OVAS2417009, voor het negende mandaat dat relatie 2417 aan OVAS heeft afgegeven. Omdat u alle mandaten van een relatie op de relatiekaart kunt terugvinden, is ook hier het juiste nieuwe volgnummer eenvoudig te vinden.